De Hampshire is een zwaar gespierd, mager vleesras. Het is het vierde meest geregistreerde ras in de Verenigde Staten. Het Hampshire ras is mogelijk het oudste, vroeg-Amerikaanse varkensras dat tegenwoordig bestaat. Het Hampshire varken, zoals we het vandaag de dag kennen, is ontstaan in het zuiden van Schotland en Noord-Engeland. Deze varkens stonden bekend als het ‘Old English Breed’. Ze werden genoteerd en bekritiseerd vanwege hun grote omvang, omdat varkens gewoonlijk werden geslacht op 60 kg. Ze werden echter bewonderd om hun bekwaamheid, sterke kracht, foerageervermogen en uitstekende karkaskwaliteiten.

Hampshire varkens werden tussen 1825 en 1835 vanuit Hampshire Country in Engeland naar Amerika geïmporteerd. De meeste nakomelingen van deze vroege importen gingen naar Kentucky, waar het ras het grootste deel van zijn vroege ontwikkeling had. De algemene naam voor deze varkens was ‘Dunne korst’, omdat hun huid dunner was dan winterhardheid, kracht, productiviteit en foerageerkarakteristieken. Slagers uit Ohio reisden jaarlijks naar Kentucky om een contract te sluiten voor deze gordelvarkens tegen een premium prijs. Deze originele wenselijke kenmerken zijn ver ontwikkeld binnen het Hampshire ras, waardoor de populariteit en de vraag gestaag zijn toegenomen.

Tussen 1910 en 1920 waren Hampshires een grote hit in de Corn Belt. Tijdens de jaren 1920 bleef het ras groeien in aantallen. De grootste populariteit van de Hampshires kwam pas na 1930. Sinds die tijd zijn ze erg populair en zijn ze voor hoge prijzen verkocht, omdat hun  genetische waarde is gedocumenteerd.